(Dis)claimer: deze blogs ontstaan in momenten van heldere openheid en komen meer dóór mij dan van mij. Ze gaan altijd over waar ik ben in mijn proces, op mijn reis. Soms is wat je hier leest behoorlijk verouderd! En niet alles is voor iedereen interessant of leesbaar of herkenbaar. Dat maakt het voor mij steeds kwetsbaarder om toch te blijven delen. Ik vraag je hier zorgvuldig mee om te gaan. Heb je er gedachten of gevoelens over dan ben je welkom ze met me te delen.


28/2/2024 TOEWIJDING AAN DE BASIS


het is zo ver. Morgen nog 8 mm regen en vanaf vrijdag schijnt steeds vaker de zon ! Het voorjaar komt er aan ! Ja, maart roert haar staart en april weet niet wat zij wil, en toch, de winterse vertraging maakt plaats voor groeikracht. De levenslust begint zachtjes te stromen door zich uitstrekkende wortels, plakkerige boomknoppen, vogelgezang, voorzichtige bedrijvigheid van dieren en mensen.Het is tijd voor liefde en geduld met dat wat nog kwetsbaar is, voor toewijding aan de basis. Om een stevige verbinding te creëren met de bron waaruit de voeding gehaald wordt voor de groei en de bloei in de zomer.

Met een opstelling van jeZelf(en) werken we ook aan de basis: geen groei om de groei maar een gestage en gedegen ontwikkeling vanuit heelheid en overvloed. (Opstelling van jeZelf(en) 


De opstellingvan jeZelf(en) is de uitkomst van wat ik in de pilot fase de 4Z methode noemde. Maar een methode ontstaat uit een wereldbeeld, en mijn wereldbeeld is de optelsom van opgedane kennis en levenservaring. En kennis berust natuurlijk weer op de levenservaring van diegenen die mij zijn voorgegaan... Velen, velen zijn mij voorgegaan. Dus in feite is wat ik 'mijn' (opstellingen)methode noem, het resultaat van velen, velen. Hierbij eer ik ze allemaal. Het is onmogelijk om ze op te noemen: maar één inspiratiebron wil ik deze keer even uitlichten, de Gene Keys. Heel in het kort: een synthese van eeuwenoude wijsheid in een modern jasje waarmee je inzicht krijgt in jouw unieke blauwdruk, jouw levensweg. Ik verdiep me er al een aantal jaren in en sta op het punt Guide te gaan worden. Steeds meer mensen wereldwijd ervaren de waarde van deze kennis. Binnenkort start ik met pilots van Gene Keys Genius opstellingen. Laat me weten als er nu iets bij jou begint te kriebelen, leuk als je mee gaat op ontdekkingsreis....!




13/1/2024 KARRENSPOREN

T Boshuisje staat op de karrensporen van de Middeleeuwse handelsweg tussen Groningen en Coevorden. Achter t Boshuisje, op de hei van de 50 Bunder, zijn deze sporen nog goed te zien als diepere geulen in het landschap. Er lopen meerdere naast elkaar, vroeger was er nog geen standaard as breedte voor de karren. Nog iets verderop in het Noordlaarderbos was op een wat hoger gelegen punt een kruispunt van wegen. Het wordt het galgenbergje genoemd, maar was waarschijnlijk vooral een plek waar op de bomen aankondigingen en route aanwijzingen werden gespijkerd.



Ik zwerf vaak over deze hei en door dit bos. Ik stel me dan voor hoe op verschillende tijdstippen van de dag en bij verschillende weersomstandigheden de karren met gezinnen en huisraad en de alleen lopende marskramers zich ofwel een pauze veroorloofden en een potje thee zetten, of zich ongerust maakten of ze voor kou en donker de stad wel bereikt zouden hebben.

Voor mij is dit gebied veel meer dan natuur, ik voel hoe de menselijke geschiedenissen aanwezig zijn. Ik voel me opgenomen in een natuurlijk ecosysteem dat voortdurend balanceert op het ritme van de seizoenen, het weer, de soorten planten en dieren. En ik hoor de wijsheid van allen die mij daar zijn voorgegaan in het ruisen van het blad in de bomen, de roep van de vogels, het kleurenpalet van de natuur.

Sommige plekken hebben meer kracht dan andere. Zo is er een boom die ik vanaf onze eerste kennismaking de drakenboom noem. Hierin kan ik heerlijk zitten op een stevige tak en me laten wiegen door de beweging van de wind. Met de boom deel ik de verantwoordelijkheid die ik vaak voel voor vele anderen, bekenden en onbekenden.

Er is een berk die oorspronkelijk bestond uit 7 stammen. Door droogte, rot en wind staan er nu nog maar 3 overeind. De gevallen stammen omhelzen elkaar en dienen als zitplaats voor de rustende wandelaar. Een van de stammen die nog overeind staan buigt mee bij het kleinste zuchtje wind en maakt daardoor een tikkend geluid. Het is ons hart dat ook bij vergankelijkheid blijft kloppen.

Er is een ondiepe waterplas met een eilandje. Afhankelijk van de hoogte van de waterstand kan je er zo heen lopen of moet je glibberen over een natuurlijke brug van takken. Soms kan je er helemaal niet komen. Op dat eilandje staand kijk ik uit naar alle vier de windstreken en herinner me hoe moeilijk of makkelijk het is om, wanneer nodig, een ander perspectief te kiezen.

Middenin het bos ligt een levenswiel, ooit door iemand gemaakt van takken. Het is een cirkel verdeeld in vier kwarten; de seizoenen, het ritme van dag en nacht, de maanstand, de vier fasen van het leven, en ga zo maar door.

Wanneer ik op een van deze plekken ben voel ik me verbonden met het hier, het nu en het alles. Ik voel mijn plek binnen het geheel. Ik laaf me aan de altijd aanwezige levenskracht van de natuur, ik voel me gedragen door al dat is geweest, is en nog komen gaat, en ik ontvang wijsheid uit dat wat groter is dan de optelsom der delen.

Misschien heb ik je wel eens meegenomen naar één van deze plekken, maar vele houd ik voor mezelf. Er is tijd nodig om een relatie op te bouwen. Het is net als bewustzijn, steeds ontdek je nieuwe gebieden. Pas als je ze echt kent kan je erover delen. Op een dag kan je een kaart tekenen voor anderen zodat ook zij de weg er naar toe kunnen vinden. Of je leidt ze er als een gids doorheen.

Maar meer dan dat kan je niet doen. De levenskracht, de draagkracht, het mysterie kunnen niet overgebracht worden. Ze worden alleen gekend in de eigen ervaring.

Je kan het paard wel naar de bron brengen maar je kan het niet laten drinken.

En zo is het ook met de 4Z methode.
Afgelopen donderdag was de 1epilot van de methode in een groep.De methode van de vier Zelven: het dagelijkse Geïntegreerde Soevereine Zelf en de drie deelZelven (het MenselijkZelf, het UniekeZelf en het UniverseleZelf) is gebaseerd op mijn ‘kaart voor het leven’. Deze kaart, of conceptueel model, heb ik opgebouwd op grond van 7 jaar studie en ervaringsleer. (https://www.jessicascholte.nl/nederlands/4z)

We hebben allemaal een interne kaart en kompas waarmee we door het leven navigeren. Bij de meeste mensen is dat niet zo bewust. Een voorbeeld van mensen die heel bewust zijn is iemand die het leven wijdt aan één doel, God, of, het klimaat, of, gezondheid, of, hun kinderen, of, rijkdom. De meesten van ons hebben meerdere doelen of onduidelijke doelen.

In 2015 raakte ik volledig uit balans. We noemden het een burn-out omdat mijn lichaam helemaal geen energie meer had. Maar ik verloor ook werk, sociale context, identiteit en vertrouwen in mezelf en de wereld. Mijn landkaart en kompas hadden me niet gebracht waar ik wilde zijn en in mij rezen de grote vragen ‘Wat doe ik hier? Waar ga ik heen? Hoe?’ Het was tijd voor een update van mijn landkaart en een herijking van mijn kompas.

Hieruit ontstond wat ik noem het 4Z model (de landkaart) en daarop gebaseerd een 4Z methode (het kompas). Het interessante hieraan is dat een kompas geen doel aanwijst, slechts een richting geeft.

Het doel van een kompas is om richting te vinden.

De 4Z methode helpt mij om elke keer opnieuw richting te vinden binnen de huidige versie van mijn landkaart van het leven. (En dat leven beperkt zich wat mij betreft niet tot alleen dit leven.)

Omdat ik zelf veel gebruik heb gemaakt van de landkaarten en navigatietools zoals getekend en beschreven door velen voor mij in zowel wetenschappelijk werk als in zogeheten fictie begon ik me af te vragen of ‘mijn model en methode’ waardevol zouden kunnen zijn voor anderen.

Ik begon te testen, te experimenteren, aan te passen, te verfijnen. Eerst op mezelf, toen met anderen. Het model en de methode stelden nooit teleur.

Op 11/1 was het moment om te testen in een groep. En voor degenen onder de lezers die bekend zijn met opstellingenwerk: de test ging over de vraag of de methode ook werkte wanneer je representanten gebruikt voor de 4 Zelven.Ik gebruikte mezelf natuurlijk als proefkonijn. Wauw, dat was in de dagen ervoor wel even spannend. Onbekend terrein, wat lag daar op me te wachten?

De oogst was rijk _/\_
1. Ik kon het model (de landkaart) overbrengen, iedereen kon in meer of mindere mate de 4Zelven ervaren en er tussen navigeren.
2. Het werken in een groep (en het gebruik van representanten) maakte het mogelijk verder te gaan dan het tot nog toe (door mij) in kaart gebrachte terrein: ik (als proefkonijn) kon vertrouwen op de gebundelde levenskracht en draagkracht en voelde me onvoorwaardelijk gesteund door het universele, 'dat wat groter is'. Zo kon ik me overgeven aan dat wat (voor mij) nog onbekend is. Een nieuwe ervaring, nieuw terrein, groter bewustzijn.
3. Wat vervolgens gebeurde was magisch. Nadat ik me overgaf aan het nog onbekende, trok het onbekende mij naar zich toe. Niet alleen ik durf te vertrouwen op de onbekende toekomst, maar de toekomst vertrouwt ook op mij....

Deemoedig en in verwondering zal ik mijn karrenspoor blijven volgen.

De middeleeuwse karrensporen met verschillende as breedtes zijn tegenwoordig verenigd in één asfaltweg. Best handig als je snel van Groningen naar Coevorden wil, of andersom.

Vaker en vaker zal ik kiezen voor mijn karrenspoor.

Als de assen van jouw kar ongeveer dezelfde breedte hebben kunnen we samen rijden, om de beurt voor op. Als jouw assen afwijken dan kunnen we naast elkaar rijden en elkaar vertellen hoe het leven er vanuit dat perspectief uit ziet. Op kruispunten met andere karrensporen kunnen we informatie vinden over heel andere levens. Misschien zelfs een ander spoor gaan ontdekken.

I am so excited! (Oh ja, er zijn ook nog andere talen! Meer. Samen.)

De volgende pilot vindt plaats op 10/2 en is vol.
Ben je nieuwsgierig naar wat het 4Z model en de 4Z methode jou kunnen vertellen? De richting die ze kunnen geven?
Laat het me weten, dan maken we een afspraakéén-op-éen in t bos(huisje)of voor eenworkshop. Potentiële data voor workshops zijn9/3 (middag), 20/3 (avond), 24/3 (ochtend). Ik zal op basis van belangstelling definitieve data vast stellen. Locatie: ergens op het karrenspoor tussen Coevorden en Groningen, in de buurt van de 50 Bunder en het Noordlaarderbos.





15/12/2023 - ONTVANKELIJKHEID

Het hangt weer in de lucht – de blijde verwachting van dat wat komen gaat. Voor de één wordt dat gesymboliseerd door het vieren van de geboorte van Jezus, een ander die leeft met de seizoenen denkt aan het markeringspunt van midwinter: de dagen gaan weer lengen en zaden die tot nog toe in de grond hun krachten bewaarden kunnen gaan wortelen. Oud en nieuw, het moment van het loslaten van het oude en voornemens voor het nieuwe.

Het nieuwe, wat zal dat zijn?

Het mysterie van het ontstaan van het nieuwe heeft vele kenmerken en de meeste kennen we niet, maar we weten wel dat er iets nieuws kan ontstaan wanneer er twee energiën bij elkaar komen. Een richting hebbende en een ontvangende energie.

Traditioneel noemen we de richting hebbende energie mannelijk en de ontvangende energie vrouwelijk. Hierbij hoort dan ook het beeld dat een spermacel een zaadcel bevrucht.

Ja zo leerden wij het toch? De tijd waarin wij opgroeiden kwam voort uit de heropbouw na de oorlog: doelgerichte maakbaarheid van de nieuwe samenleving. We maken een plan en voeren het uit. Lean en clean.

En nu blijkt onze samenleving, op micro en macroschaal, zo complex dat we er geen plan meer voor kunnen maken… We besteden ons denkvermogen uit aan AI.

Tijd om te rade te gaan bij de natuur. En wat blijkt? Het is niet de snelste, beste zaadcel die de eicel bevrucht en het nieuwe creëert ! Wanneer de zaadcellen om de eicel heen zwermen, dan pas opent de eicel zich voor één zaadcel... Ze maakt zich ontvankelijk…

Ontvankelijkheid, hoe zou dat er uit kunnen zien in ons leven?

Gisteren liep ik heerlijk buiten te dwalen. Met een open mind en open hart - komt wat komt. Zo heb ik dan af en toe de behoefte om even wat op mijn telefoon op te zoeken. Ik was al uren niemand tegen gekomen en stond midden op de hei te googelen. Komt er een hardloopster voorbij. Onmiddellijk voel ik me betrapt- alsof ik in de val van afleiding was getrapt. Ik roep nog iets van “Heerlijk hier, hé ?” en ze antwoordt, “Zo prachtig!” Ik lees nog even verder, berg mijn telefoon op en loop weer heerlijk mijmerend verder, onderwijl genietend van het licht, de overtrekkende ganzen, de vochtig prikkelende geuren. Een kilometertje verder heb ik weer wat bedacht en hup, daar komt mijn telefoon weer tevoorschijn. Wéér die hardloopster! Ik zie haar frisse lach en voel op afstand haar dampende met bloeddoorstromende lichaam. Ze zegt “Zo, ik ben er weer!”. Ik weet niet of ze bedoelt of ze bijna thuis is, of dat ‘ze’ ‘er’ weer ‘is’. Al lijkt het misschien niet zo met die telefoon in de hand, maar ik ben er ook. Helemaal in het hier en nu en.. ontvankelijk. Ik loop verder alsof ik zelf heb hard gelopen, fris lachend, met bloeddoorstroomd lijf, net iets sneller dan tevoren. En eenmaal terug bij het boshuisje pak ik de hark en blijf nog een paar uur bezig in de tuin.Van te voren dacht ik dat ik daar geen energie voor had. Zonder dat het haar iets kostte, ontving ik iets van haar. Energie, nieuwe levenskracht.

Als we het hebben over samen werken, dan gaat het over elkaar aanvullen. Samen de tuin harken. 1+1=2
Dit voorbeeld gaat over ontvangen van wat vrijelijk beschikbaar is, en daardoor méér laten ontstaan. Dit is synergie. 1+1 > 2.

In de avond hadden we een potluck avond. Ook hier spraken we over het ontvankelijk zijn voor het nieuwe. En er werd een experiment bedacht: we gingen om beurten op elkaars plek zitten. Omdat we de hele avond al een ‘eigen’ plek hadden gehad was op die fysieke plek in de ruimte ieders eigen energie al volop aanwezig. Door op de stoel van de ander te gaan zitten kon je (gratis en voor niks) de energie van de ander ontvangen. Zo werd ik op één plek lekker stevig én wakker, voelde ik me op een andere plek jong, krachtig en moedig en op nog een andere plek voelde ik zachte energie om me heen als een dekentje van bescherming. Ik hoorde ook wat anderen op mijn plek ontvingen.

Allemaal hadden we van alles ervaren wat we dus kúnnen ervaren maar normaliter niet doen. En beklijft deze ervaring? Dat is aan mij. Vanochtend stond ik op vol van nieuwe levenskracht: van onder een warme deken, wakker, en krachtig. Ik kan denken, oh, dat was gisteren, dat was van die en die. En terugvallen in mijn oude mindset en patronen. Of, ik kan het nieuwe aannemen, en mee nemen de dag in, en zelfs uitdelen door er een blog over schrijven.

Ja nu komen we alweer op aannemen, uitdelen.. dat is voor nieuwe blogs. En voor nieuwe potluck avonden !

POTLUCK AVONDEN

De cyclus Levenskracht is gisteren afgerond met Ontvankelijkheid voor nieuwe levenskracht.

Vanaf 18 januari gaan we daarom verder met het thema Ontvankelijkheid.


29/11/2023 - VERKIEZINGSRESULTAAT

Op donderdagavond 22 november 2023 nodigde ik mijn buurvrouw uit voor een spelletje Carcassonne. Het is een spel waarbij je gezamenlijk aan een land bouwt maar wel op eigen titel zoveel mogelijk punten probeert te behalen door het bouwen van eigen steden, claimen van wegen, kloosters en boerenland. Je verdient punten terwijl je speelt én op het einde van het spel. Elke beurt weer maak je een ingewikkelde tactische afweging, allerlei factoren in overweging nemend. Buurvrouw stond steeds voor, maar ik had de beste kansen voor de eindzege. En toen gingen we tellen. Op het allerlaatst, op een voor ons beide verrassende manier, bleek dat zij een pion min of meer toevallig zodanig had geplaatst dat mijn eindsprint werd ingehaald en ze won!

“Goh”, zei ik, ‘’zitten we gedurende het hele spel over elke zet te wikken en te wegen en dan blijkt op het laatst dat het toch nog complexer en onvoorspelbaarder is dan je denkt! “
Daar ik -op het gebeid van spelletjes- niet competitief ben waren we beide vooral verbaasd en verrast en maakten plannen voor nogmaals spelen mét een mogelijke uitbreiding van het spel om het nóg complexer te maken. Dat leek ons nou echt een leuke mix van alles uit de kast halen en tóch niets kunnen voorspellen...

En toen was het 10 voor 9, en ik vroeg of ze nog even bleef om de uitslag van de exitpol te horen. Ach ja, waarom niet samen ? We zetten de NOS aan en vielen in een heerlijk spannend oudejaarsavond gevoel: aftellen! En toen:
voor ons geen vuurwerk maar opperste verbazing. Wat betekent deze uitslag? Ik houd uit principiële overwegingen het dagelijks nieuws nauwelijks bij. Het zal niemand verrassen dat ik stem op de Partij van de Dieren. We hebben meteen het partij programma van de PVV op hoofdpunten gelezen en waren zo beduusd dat we maar zijn gaan slapen.

De volgende ochtend  waren al mijn app-groepjes volgelopen met termen als ‘verschrikkelijk’ en ‘beschamend’. Ik schoot meteen in mijn rol: tegen-polarisatie voorkomen !! En schreef naar iedereen:

“Laten we ons hart open houden voor alles- want anders doen we net als.. degenen die we dom noemen…luisteren luisteren luisteren.”

Veelal werd ik bedankt voor deze herinnering, hier en daar kwam een tegenreactie, zoals bijvoorbeeld: “We moeten ons weerbaar maken, dit zijn echte vijanden.”

Hmmm, blijkbaar lukt het me niet om de kikkers in de emmer te houden. Ik merk dat ik steeds onrustiger word en me misselijk begin te voelen. Dat is voor mij het teken dat ik gevoelens aan het onderdrukken ben. Eerst sluit ik mijn buikgevoel af. Dat leidt tot minder ademruimte. Als ik dat negeer dan daalt mijn bloeddruk en verhardt mijn hart. Mijn bewustzijn vernauwt, ik ga steeds koorstachtiger denken en handelen en krijg tenslotte fikse migraine.

Maar zover was het nog niet. Ik was me aan het voorbereiden op een treinreis naar Amsterdam waar ik zou wandelen met en logeren bij vriendinnen en de volgende dag een nascholingsdag zou bijwonen in Haarlem met thema “Traumaverwerking”. Ik had de keus: bij voorbaat alles afzeggen, of mijn onrust ‘meenemen’. Ik besloot tot het laatste. Me verstoppen in t Boshuisje is een overlevingsrespons. Om te leven moet je risico's nemen. Ik heb de afgelopen jaren al heel wat overwonnen en wat kan me in Amsterdam met vriendinnen er bij nou gebeuren? Ik pakte mijn tas in en reed naar station Assen.

Op het perron was het stil. Dat deed me besluiten om niet zoals gewoonlijk in de stiltecoupe te gaan zitten. Ken je dat? Dat iedereen als wassen poppen met oortjes in naast elkaar zit? Een perfecte plek voor onderdrukte gevoelens, maar vandaag koos ik voor een gewone coupé. Liever dat mensen zich uiten, met wat dat ook, dan het broeierige van de stilte. Maar ook in de gewone coupé was het helemaal stil. Was iedereen in schok? Of bang iets verkeerd te zeggen? Of heel erg in de war?

De warmte en het schommelen van de trein brachten me al gauw in een lichte trance. De perfecte staat voor vast gezette herinneringen om los te trillen. Ik liet het gebeuren. Enerzijds omdat ik uit ervaring weet dat ik anders migraine krijg, anderzijds omdat ik ook nieuwsgierig geworden was naar mijn eigen reactie op de uitslag. Ik was gegaan van verbazing,  naar willen weten wat het betekende, van verdoving in de slaap, naar willen begrijpen hoe zo’n uitslag kan ontstaan, naar iedereen sussen, naar schok, naar onmacht.. en ineens stond ik als 10 jarige weer op het schoolplein in Rolde. We waren voor de zoveelste keer verhuisd. Ditmaal binnen Nederland. Dan zou je toch denken dat een school een school is. Maar het ging meteen al anders… Eén van mijn ouders bracht mijn broertje en mij naar school. “Goedemorgen meneer”, zei ik tegen de leraar. “Noem mij meester,” antwoordde hij.

In de pauze sta ik vanuit de fietsenschuur te kijken naar het plein waar mijn broertje wat heen en weer lijkt te rennen tussen andere kinderen, is het een spel of wordt hij opgejaagd?

Ik heb geen idee hoe de hazen hier lopen, ik heb geen idee waar ik bij mag horen, laat staan waar ik bij wil horen. Waar ben ik veilig? Ik voel me alleen en onbeschermd. Hoe kan ik mijn broertje helpen? Ik voel me schuldig en machteloos.

Mijn hart breekt en in de trein laat ik een paar zoete tranen om het kind dat ik toen was.

Na de eerste schooldag werd het niet echt beter. Maar mijn moeder en jongste broertje wachtten thuis met thee en koekjes en mijn vader deed op zijn manier zijn best. Zo was het.

Ik kijk om me heen in de trein, ik rijd door de lege polders. Af en toe wat zon. Het is bijna 50 jaar later. Ik ben volwassen. Ik kan mezelf beschermen. Maar hoe dat ik dat? Ik hoef mijn broertje niet meer te beschermen, hij is ook volwassen geworden. Maar welke verantwoordelijkheid heb ik wel?
Blijf ik in het hoekje staan aan de zijkant van het leven?  Nee, ik zit in de trein en volg het spoor. Knijp ik mijn gevoelens af? Nee, want ‘half leven, half dood’ is geen optie meer.
Voor mij is de enige manier: met al deze gevoelens door leven.

Ik stap uit, en omhels mijn middelbare school vriendin. Ik vertel haar dat ik me niet heel goed voel, dat ik geraakt ben door de verkiezingsuitslag. Dat ik goed voor mezelf moet zorgen én verwacht dat ik in haar gezelschap, lekker wandelend door Noord, me beter zal gaan voelen. Zo gezegd, zo gedaan: eerst naar de wc, dan uitwaaien op het pontje, een oliebol, gesprekken over toen en nu, hier en daar, zon en een spatje regen, oud en nieuw. Verhalen over het persoonlijke en het universele. Wat is het fijn om te kennen en gekend te zijn. Het voelt veilig en vertrouwd. Mijn hart is weer open, ik kan weer adem halen. Ik voel me stukken beter. He, he!

Ineens staan we weer op Centraal, en dan in een drukke bus. Ik heb de overgang niet bewust gemaakt, en laat mijn open hart overspoelen door mensen en energieën. Ook tussen mijn vriendin en mij hapert het ineens. Het is alsof de rondwaaiende verkiezingsuitslag bij mij naar binnen slaat als een grote slok viezigheid. Kotsmisselijk word ik.

Mijn vriendin stapt uit. Ik houd het nog een paar haltes vol. Dan kan ik gelukkig naar buiten en er staat een bankje. Het is inmiddels donker, dat is fijn, ik kan anoniem op adem komen. Wat nu? Op mijn logeeradres wordt op me gewacht. Daar woont mijn studievriendin, huisarts. Ze kent mijn zogeheten ‘ziektebeeld’. Maar wil ik daar geheel verzwakt als een zielig hoopje aankomen? Ik besluit mijn tijd te nemen. En zo loop ik langzaam van bankje naar bankje. Fysiek ben ik nog steeds erg zwak maar innerlijk sluit ik vrede met mezelf. Zo is het nu met me. Verstoppen gaat niet. Vragen om wat ik nodig heb kan wel.

Ik bel aan, lijkbleek, en zijg neer op de bank. Ik krijg een bakje voor het overgeven, zoute bouillon en tijd. Het gezin gaat aan tafel. Ik voel me steeds beter maar ben er nog niet. Dan komt mijn vriendin even bij mij. Ze gaat zitten en kijkt me aan. Ik vraag haar, “Wil je me als je blieft even aanraken?” Ze pakt mijn knie vast en daar komen de tranen. Dat wat ik zo lang heb vast gehouden kan in dit veilige contact smelten. Het is niet zij die mij bescherming biedt of ontslaat van verantwoordelijkheid voor mijn eigen welbevinden. Ik ben het zelf die verantwoordelijkheid neemt voor de 10-jarige in mij die nog steeds angstig op het schoolplein staat. Die verward is door de nieuwe situatie. Die niet meer weet hoe de hazen lopen. Die zich onbeschermd voelt. Ik ben het zelf die mijzelf stap voor stap bevrijd heeft uit de bevroren herinnering van bijna 50 jaar geleden.

We hebben nog een gezellige avond en de volgende dag sta ik fris en ruimdenkend op. En bij de nascholing mag ik de traumatische herinnering in de veiligheid van een professionele groep er nog helemaal uitschudden. De energie die ik altijd nodig had om het een en ander te onderdrukken komt vrij in golven van levensgeluk, speelsheid, plezier, én oog, tijd, ruimte en aandacht voor de anderen.

Geheel nieuw is dat ik in de pauze niet bij het groepje blijf maar zin heb om in Haarlem lekker koffie te gaan drinken in een drukke tent.

Mijn verkiezingsresultaat is een ruimer hart, in de eerste plaats voor mezelf. Door mezelf te gunnen mezelf te zijn om wat en wie ik ben, heb ik ook meer ruimte om jou jezelf te laten zijn.

Mijn verkiezingsresultaat is een kwetsbaarder hart, ik heb soms jouw hand op mijn knie nodig, zoals jij soms de mijne nodig hebt. Maar ik neem wel zelf de verantwoordelijkheid om er om te vragen voor mezelf. En als jij mij durft te vragen dan zeg ik ja wanneer ik ruimte heb, en nee, wanneer ik dat op dat moment niet heb. Dat zijn eerlijke grenzen. En die bewaken, dat vergt nog heeeeeeel veel oefenen, experimenteren, ontwikkelen. Dat mag ik van mezelf, en dat mag jij ook van mij. 

En nee, hiermee hebben we de problemen in de wereld niet opgelost, maar die zijn ook zo complex, dat gaat ons niet meer lukken met tactiek en strategisch denken. We zullen altijd weer verrast worden door een over het hoofd geziene ‘pion’.

Wat wel helpt -geloof ik- is beginnen bij de kern. Op volwassen wijze verantwoordelijkheid nemen voor je eigen veiligheid en vertrouwen, je eigen hart. Dat is niet egoïstisch, dat is het enige dat je echt kan doen.

En de kinderen dan, hebben we daar geen verantwoordelijkheid voor?

Als je zelf goed zorgt voor je eigen innerlijke kinderen, zorg je als vanzelf voor ’de kinderen.’ Want wat gij niet wil dat u geschiedt, doet u ook een ander niet.

Weet gij wat u is geschied en niet wil dat u en de uwen (weer) geschiedt?
 
PS als je door dit verhaal ergens wordt geraakt, raak dan eerst even die plek bij jezelf aan, je knie, je hart, je rechteroorlel voor mijn part. En dan, als dat niet genoeg is om weer vrijuit adem te halen, durf te vragen of iemand je even aan wil raken. Letterlijk. Dat kan ik ook zijn. Durf te vragen. Niemand hoeft alleen te zijn. Niemand is alleen.
  

4/7/2023 - TRIGGER-ALERT


Trigger-alert: het werkelijke onderwerp waarover ik wil schrijven is ZELF-moord, maar dat durfde ik echt niet als titel aan mijn mail mee te geven. Let wel, het gaat niet over suïcide, zelf-doding, maar over het figuurlijke doden van het ZELF door het IK.

(Als dit nu al abracadabra voor je is, skip dit dan. Of, lees nog even mijn vorige nieuwsbrief na over IK en ZELF.)

Een paar jaar geleden kwam de kreet ‘spoiler’ steeds vaker voor. Ik denk dat dat te maken had met de opkomst van streamingdiensten waardoor het voor het eerst voorkwam dat sommigen afleveringen van series eerder hadden gezien dan anderen.

Tegenwoordig kom ik steeds vaker tegen: ‘trigger-alert’. Ik denk dat dit te maken heeft met de steeds wijder verspreide (h)erkenning van trauma. Er is een groeiend bewustzijn dat, zonder dat we het weten, een woord, een geur, een beweging, een verhaallijn, een kleur, in andere woorden elke waarneembare input, de aanleiding kan vormen voor het in herinnering brengen van een nog ongeïntegreerde herinnering. Hmm, dit heeft uitleg nodig!

Heel basic:

Allereerst, wat is een ongeïntegreerde herinnering? Dat is elke herinnering die in ons ligt opgeslagen die nog geen betekenis heeft gekregen.

De hele dag door maken we dingen mee. Ons lichaam is/bevat een uiterst complex informatieverwerkingssysteem (IVS). Dat sorteert de continue stroom van input heel grofweg in bekend/onbekend. ‘Bekend’ is dat wat we ‘kennen’, betekenis kunnen geven, en waar we een adequate respons op kunnen geven. ‘Onbekend’ krijgt extra aandacht: we willen er betekenis aan geven, en een adequate respons. Het linkje tussen input en respons wordt geïntegreerd in ons bestaande systeem en de input is voortaan ‘bekend’. Natuurlijk vindt dit proces voornamelijk onbewust plaats.

Stel je voor dat je continu alle input bewust zou moeten filteren!

Een voorbeeld waardoor dit proces duidelijk wordt: er landt een onbekend insect op je arm. Ons IVS (informatieverwerkingssysteem) kent het concept insect al en ook het verschil tussen een lieveheersbeestje en een wesp. Is het insect een geelkleurig lieveheersbeestje? Dan zal je IVS het al snel betekenis geven en integreren, bv. als bijzonder lieveheersbeestje. De volgende keer dat je weer een geel lieveheersbeestje ziet is het bekend bij je IVS en heeft je IVS meteen de respons klaar, ‘’Hé, weer zo’n bijzonder beestje.” Je kijkt er niet meer zo van op. Echter, lijkt het onbekende insect op een wesp, dan wordt er meteen informatie opgehaald over eerdere ervaringen met wespen, bijvoorbeeld verhalen over dodelijke allergieën. Je zal het op jouw arm gelande insect vermoedelijk zo snel mogelijk van je af slaan. Oef, gelukt, gered. Ook deze respons is adequaat en wordt opgeslagen: wespachtige -> wegslaan.

Dit voorbeeld gaat over ervaringen die geïntegreerd worden in ons IVS. Als we later een vergelijkbare ervaring hebben dan heeft het IVS dus een adequate respons voorhanden. De hele dag door breiden we ons IVS uit (ook nu terwijl je dit leest), er wordt steeds meer ‘bekend’.

In het voorgaande voorbeeld: misschien zoek je het insect later nog op en leer je dat het ongevaarlijk is. Dan wordt de input-respons link geupdate. Als je denkt aan een baby dan is dit proces zo goed te volgen: een pasgeborene herkent de tepel, de bron van dat wat nodig is om te overleven aan de geur van de moeder. Geen weet nog van ‘de wereld’. Uur na uur wordt de wereld groter, het IVS uitgebreid: stemmen worden herkend, gezichten……………………………en insecten!

Er zijn ook ervaringen die we niet zo makkelijk in het IVS kunnen integreren omdat ze te complex zijn. Voor een baby, denk aan een verwijdering van de moeder. Voor een volwassene aan een ernstig ongeluk. De hoeveelheid onbekende input, inclusief de daarbij gepaard gaande gevoelens van basale overlevingsangst, is te overweldigend voor het bestaande IVS om allemaal in korte tijd gecheckt te worden. Het kan ook gaan om snel of vaak opeenvolgende complexe ervaringen. Het systeem kan geen respons geven op basis van welke onderdelen bekend/onbekend zijn maar reageert op het geheel van de ervaring . Een reactie is wat we een overlevingsmechanisme noemen, we kennen dat als fight/flight/freeze/fawn (pleasen). De ervaring wordt in zijn hele complexiteit (sensorische input, interne fysieke sensaties, emoties, gedachtes etc.) opgeslagen in het IVS met de bijbehorende overlevingsreactie. Wat vervolgens gebeurt is dat wanneer één van de onderdelen van die complexe ervaring opnieuw wordt ervaren, de respons van het IVS is: de (overlevings)reactie waarmee het destijds de complexe ervaring heeft overleefd.

Een voorbeeld: als kind ben je op de fiets en word je van achter aangereden door een scooter. Je valt, doet je pijn, de scooter rijder scheldt je (van schrik) uit, je wordt opgetild en geholpen door onbekenden, je nieuwe broek is kapot, je moet thuis uitleggen wat er is gebeurd en verwacht geen empathie, etc. Best veel! Dit gebeurde toen ik ongeveer 10 was. Als reactie destijds bevroor ik – alle input was te veel om in een keer te verwerken. Nog steeds als ik fietsend een scooter achter me hoor schrik ik, en bevriest mijn lichaam. Scootergeluid is nog steeds niet geïntegreerd in mijn IVS. Het roept onbewust nog de complexe ervaring van toen op en de respons om te ‘bevriezen’. Dat is niet erg efficiënt en kost onnodig veel energie. (Hierover een andere keer meer). Zolangzamerhand (en zeker na de verdere bewustwording door dit op te schrijven) kan mijn IVS het scootergeluid ‘los maken’ van alle tot nog toe erbij behorende sensaties, emoties en gedachtes en een adequatere en efficiëntere respons creëren, zoals bijvoorbeeld ‘ontspannen doorfietsen’. Dit lijkt een futiel voorbeeld maar is illustratief voor het proces en weldegelijk zoals het ons allemaal vergaat in het dagelijks leven, en natuurlijk heeft iedereen zijn eigen complexe ervaringen en responsen.

Een ongeïntegreerde herinnering is dus een herinnering die op het moment van de ervaring te complex was om door het IVS gefilterd te worden in bekend/onbekend. Ons IVS reageert nu nog op een willekeurig onderdeel van dat complex van input met dezelfde (heftige) overlevingsreactie die ons toen heeft doen overleven. Kortom, de overlevingsreactie is de onbewuste respons geworden.

Zo kan een scootergeluid dus leiden tot een, voor de huidige situatie, zwaar overdreven freeze reactie in (een deel van) mijn lichaam.

En zo zou de titel zelf-moord een trigger kunnen zijn voor jouw IVS. Het zou kunnen dat er ongeïntegreerde herinneringen vast zitten aan het woord zelf-moord. Dat is net als bij een wesp: ook al ben je zelf nooit gestoken, je hebt geleerd dat een wesp gevaarlijk kan zijn. Zo is het ook met zelf-moord: een onderwerp waar vaak angst gevoelens aan vast zitten en waar we op reageren met … vermijden? Bevriezen?

Na dit alles, hoe is het nu met jouw IVS?

Dit was waarom deze mail niet de titel kreeg ZELF-moord, maar trigger-alert. En dan zou ik nu kunnen beginnen over ZELF-moord. De IK die het ZELF teniet doet.

Maar dat bewaar ik voor een volgende nieuwsbrief!

HartegroetJess

29/6/2023 - WAARDIGHEID EN EIGENWAARDE

Kort geleden sprak ik met intervisiegenoten over eigenwaarde en waardigheid. Voor de één was het verschil klip en klaar, voor de ander niet. En zo zat ik er wat over te pruttelen.

Toen kwam in mij op dé zin waarmee Eckhart Tolle aangeeft tot zijn verlichting gekomen te zijn:“I cannot live with myself.”Hij kreeg zo namelijk het inzicht dat er blijkbaar twee delen van hem waren: the I en the self.

Dit is niet zo schizofreen als je in eerste instantie misschien denkt, we hebben wat mij betreft allemaal een I en een self.

Maar laat ik overgaan naar Nederlands: een Ik en een Zelf. Daarbij moeten we wel een handstandje doen want wat in het Engels met I wordt omschreven, noemen we in het Nederlands meestal Zelf. En wat in het Engels met mySelf wordt aangeduid noemen we in het Nederlands meestal IK.

In het Nederlands zou Eckhardt gezegd hebben:“Mijn ZELF kan nietleven met mijn IK.”
Wat bedoelt hij dan en wat heeft dat te maken met eigenwaarde en waardigheid? Ik ga proberen het uit te leggen.

Mijn ZELF is wat ik in mijn vorige nieuwsbrief noemde, de tijdloze ZELF. Dat wat altijd bij mij is, nooit verandert. Inmiddels heb ik door feedback (ja! graag feedback!) begrepen dat er vele manieren zijn om het ZELF te ervaren. Ik noem het nu het Tijdloze, maar je kan ook Grenzeloosheid ervaren, geen (of weinig) grens tussen jou en de wereld, of een combinatie van beide, zoals de momenten wanneer je in flow bent. Je kunt ook Gedachtenloos zijn (echt?) en all-encompassing Liefdevol (wie?) en er zijn nog veel meer manieren om het ZELF te ervaren. (Ik zal binnenkort meer schrijven over aspecten van het ZELF. Vrede is er ook één, en Waarheid, etc.)

Mijn IK is dat deel van mij dat nu denkt, typt, jullie in gedachten heeft, dat wat in het hier en nu handelt in de materiele wereld. Mijn Menselijke IK. (Sommigen noemen dat het Ego, maar ook dat woord kent moeilijkheden. Het Ego wordt dan vaak als negatief gezien maar dat is veel te beperkt).

Met je menselijke IK kan je van tijd tot tijd meer of minder blij zijn. Als je zoals Eckhart al een tijdje depressief bent dan kan ik me voorstellen dat je ineen soort Eureka moment vertwijfeld roept:“Mijn ZELF kan niet leven met mijn IK.”Hij bedoelde de menselijke vorm waarin hij zich op dat moment bevond. Maar het is natuurlijk als mens onmogelijk te leven zonder IK, we hebben nu eenmaal een lichaam dat het een en ander nodig heeft.

Wat wel mogelijk is, is een perceptieverschuiving.

Ervaar je jezelf alleen als mens met een IK, of als een ZELF met een menselijk IK? Daar wordt het leven als je depressief van bent (bijvoorbeeld) wel beter van want dan kun je je realiseren dat je depressie hoort bij je menselijke IK en dat je daarnaast nog een gezond, permanent ZELF hebt!

Wat heeft dit te maken met waardigheid ?
Het ZELF is. Onveranderlijk. Overal. En dus… waardig. Want het is niet niks!

En dan over eigenwaarde:
Dat is de waarde die het IK toe kent aan het IK. Je eigenwaarde hangt af van je eigen oordelen over je eigen IK. Die kan hoog of laag zijn, veranderlijk, afhankelijk, etc. Het is een construct van het IK om te overleven als mens in het hier en nu van de materiele wereld. (Daarover een andere keer meer.)

Je kan je eigenwaarde totaal verliezen, maar je waardigheid behoud je altijd!

- Met dank aan mijn broer Michiel die de concepten meeleest, verbeterten verdiept.


15/6/2023 - EN NU ?


Alles is in beweging, altijd. Alles verandert, voortdurend.
Soms is dat uiterlijk heel waarneembaar. Soms voltrekt het proces zich vooral innerlijk.

De vraag “Hoe is het nu ?” heeft altijd een nieuw, fris antwoord.
En toch, toch is er ook altijd dat wat tijdloos is, dat wat onveranderd blijft.

Ook, of juist, ín mij, het ZELF dat voor zolang ik me kan herinneren altijd al met me mee gaat.

De afgelopen 8 jaar heb ik mezelf ongeveer 24/7 binnenstebuiten gekeerd om de vraag te beantwoorden “Wie ben ik ?” Steeds kwam er een nieuw antwoord. Gekmakend was het soms. Want als ik steeds anders ben, wie ben ik dan? En als ik eerst zus was en nu zo, wat ben ik dan nog meer? Ik voelde me vaak op weg naar heelheid, maar nooit ge-heel-d.

Helaas is dit ook de veelgehoorde boodschap in onze huidige therapiecultuur: heel wórden.

Dat zette mij steeds op 1-0 achterstand, want als ik heel moet worden, dan ben ik niet heel, dan is er dus iets mis met mij. Potentieel veroorzaakt dat al angst en schaamte voordat je überhaupt bent begonnen !

Het heeft me er wel toe gebracht dat ik heel veel manieren heb onderzocht om heelheid te ervaren, in theorie en praktijk. En ergens op een dag viel het kwartje. Ik weet niet meer hoe en waar en wanneer en met wie want het was een optelsomvan vele kleine momentjes.

ikZELF ben altijd heel geweest, én ..


op elk moment, in elk ‘nu’ zijn er verschillende delenvan mij actief waardoor ik op dat moment de wereld door een bepaalde lens bekijk en in een bepaalde kleur zie en denk dat ik alleen dat stukje ben dat ik op dat moment ervaar.

Denk maar aan het verschil tussen ‘ik op het strand in Griekenland’, ‘ik als moeder’, ‘ik achter het stuur’. Of, zie mijn logo, een verentooi in vele kleuren, en je begrijpt wat ik bedoel.

Voor jou klinkt dit misschien onbegrijpelijk – misschien ervaar je jezelf altijd als een constante met verschillende accenten. Ik heb me laten vertellen dat dat bestaat 😊 Voor mij is dat nooit zo geweest – in het extreme zou je kunnen spreken over deelpersoonlijkheden die zich onderling wel verwant wisten maar niet voelden.

En nu … is er wél de ervaring van een constant ZELF in mij dat tijdloos is én dat zich kan morphen als een kameleon met allerlei gekleurde outfits. Soms gebeurt dat spontaan en soms kies ik er een.

En nu ?

Tsja, ik schrijf dit in een nieuwsbrief die gaat naar vrienden, kennissen en klanten, die over het algemeen mijn Agenda aankondigt.

Dat is best een grap, want nu ik niet meer heel hoef te worden heb ik ook geen agenda meer, ik hoef ineens (bijna) niks meer. Ik hoef ook anderen niet meer te helpen heel te worden, want dat zijn ze dus ook al.

Wat dóe ik dan?

Natuurlijk maak ik plannen want ik leef in een wereld met tijd en ruimte, waarin we allemaal agenda's gebruiken. Hoe primitief eigenlijk als je er over nadenkt – waarom vertrouwen we er niet op dat alles komt zoals het komt? Ach, een beetje kader in plaats en tijd is toch wel fijn voor de structuur en veiligheid…

En het is ook wel handig om met mezelf en anderen een paar afspraken te hebben over wat ik/we wel en niet ‘doen’. Overeenstemming over grenzen leidt naar vrijheid.

Dus, wat spreken we af?

Ik ben bereid en beschikbaar om met jou in het hier en nu te onderzoeken wat de ervaring van heelheid op dit moment in de weg staat.

Praktisch: je hebt een klacht of verlangen. Je vraagt mij of we kunnen bellen of afspreken. Ik check of ik inderdaad bereid ben met jou je klacht of verlangen te onderzoeken en zo ja, wanneer ik beschikbaar ben. En dan is er tijd en ruimte en zijn er heel veel mogelijkheden.


9/2/2023 - DE ACHTERKANT VAN SCHAAMTE
In mijn vorige blog Let’s love on schreef ik over liefde. Dat ik zo bezig kan zijn met Wat heb ik te geven? Geef ik wel genoeg? Ontvang ik wel genoeg? En ik kwam tot de conclusie dat het geven en ontvangen wanneer het MOEITE kost blijkbaar niet onvoorwaardelijk is. En dat alles wat ik met GEMAK geef en ontvang blijkbaar wel onvoorwaardelijk is.

Dat opende een schatkist vol liefde, want ik begon op te merken wat er is en gebeurt wanneer ik ‘gemakkelijk’ ben of doe. En belangrijker nog, ik begon mezelf toestemming te geven om ‘gemakkelijk’ te zijn. Er ontstond speelsheid, zwier, ontspanning, ontvankelijkheid, stevigheid, warmte, openheid en heldere gedachten …

Wow, is dat mijn liefde? Ben ik dat ?

En natuurlijk opende de héle box van pandora: ik kwam ook (weer) tegen waar het ONgemakkelijk is, momenten van angst, zorg, irritatie, oordeel. En fysieke klachten: veel rugpijn, vaak migraine. Al die dingen waarbij ik meteen wil dat het er niet is. En me af ga vragen, wat kan ik DOEN om hier van af te komen.

Hmmm, ik dacht dat ik dát voorbij was. Dat ik nu toch wel weet dat mijn lichamelijke pijntjes, en mijn als negatief ervaren emoties niks anders zijn dan wegwijzers van en naar zelf-bewustzijn? My body, my teacher?

Waarom lukt het dan niet om er GEMAKKELIJK en liefdevol naar te kijken, geduldig te onderzoeken welke boodschap er in verborgen zit? Vanwaar het ongeduld met mezelf? Het voelde nogal hopeloos - tot in de einde der dagen deze emotionele en fysieke loops.

Ahhh, daar gaat het dus over: het feit dat ik die loops heb ! Die ogenschijnlijk ongrijpbare chaos van zich afwisselende fysieke en emotionele staten van zijn. Heb ik net de gemakkelijke, onvoorwaardelijke liefde gevonden, blijkt er ook nog zoveel ongemakkelijke voorwaardelijkheid in mij te zitten. En ik maar hopen dat ik nu voor altijd in de gemakkelijke onvoorwaardelijke liefde zou kunnen blijven ;)

Wat zit daar dan tussen? Wat maakt dat ik 'uit het GEMAK val'  en me snel weer ONgemakkelijk voel over die eindeloze emotionele en fysieke loops ?

Het was even zoeken. Ik had er -onder andere- voor nodig: meerdere migraineaanvallen, veel rugpijn, zwemmen, een sessie yin bekken massage, een cursus Nieuwe Germaanse Geneeskunde, een stuk of wat proefsessies systemisch lichaamswerk, een opstellingkje hier en daar, gevechten om ruimte en tijd met deze en gene, yogalessen, boeken, websites en Gene Keys, vriend(in)en, tantrische oefeningen en een telefoontje met mijn oude leraar.

Tot ik het vond: SCHAAMTE. Schaamte voor het feit dát ik niet één en al gemak ben, één en al perfectie, één en al onvoorwaardelijke liefde.

Oh jee, heb je m weer, ik ben maar mens….

Wat is het toch verdomde moeilijk om te accepteren dat ik ‘maar’ mens ben….

Blijkbaar zit in mij de overtuiging dat ‘mens zijn’  slecht is, iets om je voor te schamen.

Wow.

Dat maakt het leven op aarde als mens best lastig… ONgemakkelijk 😉

Een overtuiging.

Hmmm, een overtuiging kan onderzocht worden, is die waar?

Nee, weet ik, overtuigingen zijn nooit waar. Als baby word je echt niet met de overtuiging geboren dat het slecht is om mens te zijn.

Het kan natuurlijk wel overgeërfde overtuiging cq. karma kan zijn dat je ‘met’ deze overtuiging wordt geboren of al op jonge leeftijd wordt geconditioneerd (denk aan de kerk: Ik herinner me nog een Paaspreek: “U bent allen als Judas, u bent allen geboren als zondaars!”). Het kan lonen om te onderzoeken welke gebeurtenis heeft geleid tot de overtuiging dat ik me moet schamen voor mijn mens zijn. Tegelijkertijd leg ik daarmee dan direct de verantwoordelijkheid buiten mezelf: door die en die of dat en dat ben ik me voor mezelf gaan schamen !

De weg andersom gaat zo: blijkbaar ben ik op een bepaald moment gaan geloven dat ik me voor (delen van) mezelf moet schamen.

Dit geeft dubbele ruimte:

  1. Er is (een deel van) mijn ik dat kan kijken naar schaamte- dus er is (een deel van) mijn ik dat groter is dan de schaamte. Ik ben niet alleen mijn schaamte – schaamte is een deel van mij.
  2. Mijn oorspronkelijke ik kent geen schaamte. De vraag is nog wel even welk woord we daarvoor kunnen gebruiken want ’schaamteloos’, ‘onschuldig’ en zelfs het engelse ‘innocent’ vertellen ons allemaal wat mijn oorspronkelijke ik níet is (-loos, on-, in-) maar niet wat ik van oorsprong dan wél ben. Het is ook nauwelijks te bevatten – alleen al de woorden schaamteloos, onschuldig en innocent roepen al snel een reactie op. Het is zooo menselijk om ons te identificeren met schaamte en schuld… En toch, van oorsprong ben ik…… puur? Schoon? Licht?

Onze oorspronkelijke staat van zijn is nou eenmaal niet in woorden uit te drukken. Net zo min als We are one, of, Wholeness betekenis heeft totdat je het zelf, al is het maar een fractie van een seconde, hebt ervaren, zo kan ook I am pure, I am light, niet uitdrukken wat ik deze week mocht ervaren.

Het waren secondes, het was de andere kant van schaamte. Het was een staat van, en nu komt er ineens een woord: goodness. Ik was even, heel even, helemaal GOED.

En daarna kwam schaamte, en daarna kwam schrik en toen zat ik weer IN de loop van mens zijn.

Ik heb het mogen proeven: met GEMAK GOED zijn. Goedheid als (nog) een gezicht van onvoorwaardelijke liefde.

Zo, wat een verhaal… en waarom schrijf ik dit, stuur ik dit? Kijk, meteen is er weer de schaamte, wie ben ik om dit de wereld in de schrijven? De angst voor arrogantie, afwijzing, etc etc

Waar ik net nog (bij het beschrijven ervan) zat in GEMAK en GOEDHEID zit ik hier alweer in ONGEMAK en SCHAAMTE.

En inderdaad, áls ik dit ga versturen dan doe ik dat met een flinke dosis ongemak en schaamte. Maar ik ben niet alleen maar ongemak en schaamte. Delen van mij voelen ongemak en schaamte. En delen van mij voelen gemak en goedheid. Het is een interne strijd tussen Fear en Love.

En ik word herinnerd aan de titel van mijn FB blogpagina in tijden van Corona: Fear=Love. Waarmee ik bedoelde dat Fear niets anders is dan een vingerwijzing naar dat wat we zo bang zijn te verliezen, dat waar we zo van houden. Toen ging het over contact, gezondheid, leven.

Nu moet ik een stapje dieper gaan, Fear is nu een vingerwijzing naar schaamte over mijn oorspronkelijke, diepste zijn, mijn goedheid.

Als ik dit verstuur dan dan doe ik dat ondanks al mijn geconditioneerde menselijke twijfels aan mijn goedheid en overtuigingen over schuld en schaamte. Vanuit het kleine stukje ik dat heeft mogen ervaren dat mijn oorspronkelijke goedheid ongeschonden is.


13/1/2023-Let’s love on: over gelijkwaardige uitwisseling

Na twee maanden eigen onderzoek en twee avonden gezamenlijk onderzoek tijdens Potluck avonden heb ik wat voorlopige resultaten te delen:

Gelijkwaardige uitwisseling: wie bepaalt of het gelijkwaardig is? Ik kan dat niet weten vóór de ander. Ik kan alleen maar mijn eigen maatstaf hanteren. Daarmee heb ik los te laten dat ik verantwoordelijk zou kunnen zijn voor de gelijkwaardigheid in de uitwisseling bezien vanuit de ander.

 

Waarom gelijkwaardig ? De gedachte dat een uitwisseling gelijkwaardig zou moeten zijn komt vanuit een zinnetje uit mijn opvoeding: Voor wat, hoort wat. Heb jij dit ook zo geleerd? Dit lijkt te ontspruiten aan de overtuiging dat er maar één koek is in de wereld die we voortdurend met elkaar moeten verdelen. Dat als ik iets geef, ik om ’compleet’ te blijven, ook weer iets moet ontvangen. Het is de eerste wet van de thermodynamica: de wet van behoud van energie. Maar… deze is sinds Einstein’s relativiteitstheorie ontkracht. Hoe werkt het dan wel? Kunnen we geven zonder iets kwijt te raken?

 

Wheel of consent: tijdens de eerste potluckavond experimenteerden we met het wheel of consent, een model waarmee je uit pluist wie geeft, wie ontvangt, en of het voor beiden binnen of buiten je grenst ligt. Het wordt vaak geïllustreerd met aanraking. Bv. “Wil je een rug massage?” “ Ja, dat wil ik wel.” Het lijkt in eerste instantie vrij duidelijk wie wat geeft en wie wat ontvangt. En het aanbieden van die rug massage lijkt onvoorwaardelijk geven, dwz. geven zonder iets terug te verwachten. Maar…. met dit oefenmodel wordt er vaak een oefening gedaan waarbij je om beurten onvoorwaardelijk geeft. Hey, dacht ik toen? Hoe onvoorwaardelijk geef je als je weet dat je straks aan de beurt bent om te ontvangen ?

 

Dit lijkt nog steeds op Voor wat, hoort wat !

 

Onvoorwaardelijk geven: bestaat dat? Kan ik geven zonder iets terug te verwachten. (Omgekeerd kan je natuurlijk ook vragen: kan ik ontvangen zonder schuldgevoel – maar deze is misschien voor een volgende blog 😊). Ik realiseer me dat er bijna altijd een ‘interne bankrekening’ gaat lopen: ik geef en ik verwacht iets terug. Soms direct : nu masseer jij mijn rug. Soms uitgesteld: vandaag jij en morgen mag ik bepalen naar welk tv programma we kijken. Soms indirect: ik zorg voor huis, tuin en kinderen en jij werkt.

 

In het systemisch werk is Balans één van de 3 basisprincipes: als er geen balans is tussen geven en nemen dan ontstaat er binnen het systeem een dynamiek om de balans te herstellen die zich kan uiten in symptomen. Dit zie je terug in alle systemen, groot en klein:  op persoonlijk niveau (te veel geven: burn-out), familieniveau (kinderen dragen de verantwoordelijkheid voor een zieke ouder), op teamniveau (iemand schuwt taken), en zelfs over (zeven!) generaties heen. Het voert hier te ver om daar op in te gaan maar de essentie is dat we als mensen voortdurend binnen elk systeem waar we deel uit van maken een onbewuste antenne hebben voor geven en nemen en dat er steeds een ‘interne bankrekening’ loopt.

 

Dit is misschien ook wel de essentie van zinvol leven: wat is aan het eind van mijn leven de eindstand van mijn ‘interne bankrekening‘ ?

 

Maar laten we het niet al te moeilijk maken en terug gaan naar de vraag: bestaat onvoorwaardelijk geven?

 

Waarom zouden we ons druk maken om deze vraag? Nou…. in mijn opvoeding liep ook nog een ander zinnetje mee: Geven is beter dan nemen. Hier ontstaat voor mij de paradox: voor wat, hoort wat + geven is beter dan nemen? Logisch bekeken leidt dat tot: als ik ontvang moet ik terug geven, maar als ik geef is het niet goed om iets terug verwachten. Als je dit gaat bekijken vanuit materie, of één koek, dan werkt dit niet, dus, inderdaad, komt Einstein om de hoek kijken. Ik snap niets van die fysica, hoor, maar ik snap wel dat er een bron moet zijn van waaruit ik kan geven zonder het gevoel te hebben dat ik geef:

 

De onuitputtelijke  bron. Ken jij dit ook: het gevoel dat je niet genoeg geeft (onbalans op je “bankrekening” ) terwijl anderen zeggen dat je zoveel geeft ? Blijbaar geef je zonder door te hebben wat je dan geeft! Zonder terug te verwachten! Wat geef je dan?

 

Ik ben een lijstje gaan maken van wat ik moeiteloos geef. Waarvan ik (bijna) nooit een ‘interne bankrekening’ bij houd omdat het me niet kan schelen of ik iets terug krijg of niet.

 

Sterker nog, door het te mogen geven heb ik het gevoel dat ik ontvang!

 

Het ziet er (nu) (voor mij) zo uit: aandacht, eten, enthousiasme, vrolijk geluid en beweging, oplossingen, speels experimenteren, soul talk, conceptueel denken/spreken/schrijven.

 

Ha! Blijkbaar zijn dit kwaliteiten waarvan ik nauwelijks besef dat ik ze heb omdat ze me van nature makkelijk af gaan, maar worden deze door anderen beschouwd als giften.

 

Omgekeerd: een lijstje van dingen die ik dankbaar ontvang terwijl ze anderen dan geen moeite lijken te kosten: klusjes, gronding, heel lekker eten, leuke reisplannen, mooie quotes. (Er is nog veel meer dat ik ontvang maar minder makkelijk.)

 

Hoe noemen we nou deze currency, dat wat er tussen mensen vloeit en toevoegt zonder af te nemen? Dat wat ondeelbaar is? Dat wat ons onuitputtelijk maakt ? Het is wat we in de volksmond noemen Liefde. Het zijn verschillende aspecten van liefde.

 

Ik heb een boek gelezen dat gaat over De 5 talen van liefde (geschreven door Gary Chapman). Daarin wordt genoemd 1) geschenken, 2) liefdevolle woorden, 3) tijd, 4) dienende daden, 5) fysieke aanraking. In het boek wordt zo duidelijk uitgelegd dat we verschillende talen spreken: dat wat voor jou je moedertaal is in de liefde, dat kost jou geen moeite. Voor mij is dat bv. liefdevolle woorden. Dat wat voor jou een vreemde taal is, kost je wel moeite en daarvan wil je graag evenveel terug. Voor mij is dat Dienende daden. Ik houd er niet zo van om dingen voor anderen te doen.

 

Dit werkt zo: als ik het huis heb schoongemaakt dan heeft mij dat moeite gekost. Van mijn ‘interne bankrekening Dienende daden’ heb ik gegeven!  Ik krijg dan van Hans graag terug Liefdevolle woorden. Omdat dat niet zijn moedertaal is, kost hem dat moeite. Hij daarentegen voert met gemak een klusje uit. Zo kan het gebeuren dat ik aan het hengelen ben naar complimenten terwijl Hans niks ziet in mijn opruimactie. En hij kan vinden dat ik eens wat moet gaan dóen terwijl hij niet opmerkt dat ik hem tijd en aandacht schenk. Als hij daarentegen tijd voor mij maakt (voor hem iets dat op zijn ‘interne bankrekening’ komt), vind ik dat normaal. Daarentegen als hij de vuilnis buiten zet, merk ik dat wel op, en hij vindt dat weer heel normaal.

 

Dat wat we makkelijk zelf onvoorwaardelijk geven merken we bij de ander niet op, dat waar we moeite voor moeten doen houden we nauwkeurig bij… En de ander heeft het helemaal niet zo door dat jij  wel of niet op je ‘interne rekening’ aan het schrijven bent.

 

(Oefentip: zet op volgorde van 1 naar 5 wat je makkelijk geeft tot waar je altijd een ‘interne bankrekening’ van bijhoudt.)

 

En dit maakt ons ieder uniek: onze eigen taal van liefde. Ik noemde er net 5, maar liefde heeft vele, vele gezichten. In mijn deugdenkaartenspel zitten er meer dan 100, de duizenden jaren oude I cheng (en daarvan afgeleid Human Design en Gene Keys) onderscheidt er 64, in het kernkwadranten spel van Daniel Ofman zitten er 128, en in de Angel card deck zitten er 54. (En Gwyneth Paltrow in de Netflix serie Seks, love and goop onderscheidt 5 talen  van Love, maar dan bezien vanuit sexualiteit  - ook heel boeiend!). Het zijn allemaal maar pogingen om Liefde een gezicht te geven. En onszelf een taal om over Liefde te spreken.

 

Liefde. We geven het dus moeiteloos zonder het zelf te weten. We ontvangen het als vanzelfsprekend. Ieder op zijn eigen manier. Én we houden een ‘interne bankrekening’ bij over te veel en te weinig.  Onvoorwaardelijke liefde en voorwaardelijke liefde.

 

Gelijkwaardige uitwisseling: ik kan niet anders dan voortdurend uitwisselen. Adem in, adem uit. Ook al woon ik in een hutje op de hei, ik ben onlosmakelijk deel van allerlei systemen.

 

Dus: ik geef, ik ben een bron van onvoorwaardelijke liefde. En, ik ontvang, uit de onuitputtelijke bron van onvoorwaardelijke liefde.

 

Dat ik dit niet altijd zo ervaar, dat is mijn beperkte mens zijn. Ik spreek en versta niet alle talen van de liefde.

 

Gelijkwaardige uitwisseling of voorwaardelijke uitwisseling: als ik liefde op deel in stukjes is er altijd wel van iets te veel of te weinig. Kom ik tekort of schiet ik tekort. Bv. te veel klusjes, te weinig liefdevolle woorden.

 

Ik weet nu dat liefde ondeelbaar is. En altijd compleet.

 

Ik weet dit omdat het voort vloeit uit deze doordachte analyse.

 

En, deze analyse is iets dat ik moeiteloos geef: conceptueel denken. Verwoorden. Dit stuk schrijven is een van mijn talen van onvoorwaardelijke Liefde.

 

Ervaar ik het zo? Nauwelijks. Ik ervaar het als mensen terug schrijven: wat een fijn stuk. Of, ik doe mee met je experiment. In het ontvangen ervaar ik het geven.

 

Wow. Het moet niet ingewikkelder worden.

 

Dat is mijn menszijn: door het ervaren van geven en nemen word ik steeds uitgedaagd in de dynamiek van onbalans naar balans, van voorwaardelijke naar onvoorwaardelijke liefde....

 

Is het dan nooit KLAAR ? Voor mij is het nog niet klaar – er is altijd verlangen naar meer balans, meer onvoorwaardelijke liefde.

 

Mijn vaders laatste woorden waren: is het Klaar? Hij was altijd bezig met zijn ‘interne bankrekening’: heb ik genoeg gegeven ? En hopelijk ook: heb ik genoeg ontvangen ?

 

Dit stuk is HIER en NU voor even KLAAR. Ik ga weer verder met een ander stuk leven 😊 Steeds op zoek naar geven en ontvangen van liefde. In mij, voor mij, van mij. In jou, voor jou, van jou.

 

Dank je wel voor jouw liefde _/\_

 

En als je helemaal tot hier hebt gelezen…. Dank je wel voor het ontvangen van mijn liefde !

 

Let’s love on!

 

28/12/2022 -  Halverwege

 

we zijn nu halverwege “de feestdagen”.

Dagen anders dan anders. Daar waar het in het normale leven al een uitdaging kan zijn om in balans te blijven, is het tijdens de feestdagen voor mij een extra uitdaging. De routine waar ik me normaliter aan vast kan houden verdwijnt: ik eet meer, ik geef meer geld uit, ik ben minder vaak alleen en meer met familie en vrienden, ik leef meer in de herinneringen van het verleden en de goede voornemens voor de toekomst en minder in het hier en nu.

Regelmatig stel ik mezelf de vraag: hoe gaat het met me? Laad ik op of loop ik leeg? En hoe gaat het met de mensen om me heen: stroomt het of zitten we in elkaars vaarwater?

Ik denk eraan om mezelf steeds weer centreren, soms maar 5 min op de wc, regelmatig een wandeling, en vandaag een hele dag alleen in ‘t boshuisje.

Mezelf halverwege tegemoet komend, in mijn hartgebied:

HIER, halverwege hoofd en buik, halverwege hemel en aarde.
NU, halverwege verleden en toekomst, halverwege voorgaande generaties (mijn moeder) en toekomstige generaties (mijn kinderen).
KLAAR, halverwege nemen en geven, halverwege ontvangen en ontvangen worden, halverwege te veel en te weinig

Deze laatste vind ik nog heel ingewikkeld. De uitwisseling tussen mensen gebeurt op zoveel manieren. Bijvoorbeeld Materieel in de vorm van kadootjes, eten, geld. Doenend: ik doe iets voor een ander, een ander doet iets voor mij. Intentioneel: woorden van bemoediging, en ook gedachten, oordelen en verlangens. Aandachtig in de vorm van tijd en ruimte geven en nemen, en  Aanraking, fysiek of anders.

Al dit geven en nemen veroorzaakt bij mij al snel verwarring. Wat geef ik en wat krijg ik terug? Is er balans? Wanneer ik toesta dat iemand in mijn tijd en ruimte komt dan denk ik meestal dat ik iets krijg maar soms geef ik dan juist toe…. Ik heb het niet zo goed geleerd om hierin mijn grenzen te voelen, en al helemaal niet om ze aan te geven. Ik kan het moeilijk vinden om iets of iemand echt te ontvangen- want het roept al gauw onbewust de angst op dat ik in het krijt sta en iets terug moet geven. Maar aandacht geven, dat vind ik dan juist weer makkelijk.

Waarvan heb ik genoeg om te geven? Wat gebeurt er als ik iets geef waar ik eigenlijk niet genoeg van heb, of, denk te hebben: tijd, aandacht, ruimte, aanraking, geld ? En geven, doe ik dat onvoorwaardelijk, of verwacht ik stiekum iets terug? Deze blog bijvoorbeeld: geef ik jou nu aandacht in de vorm van woorden of neem ik jouw tijd en aandacht? Hoe ervaar jij dat? Waar ben jij nu na het lezen van dit alles? In jezelf, of bij mij? Of halverwege? Wanneer is het geven en nemen klaar?

Ik ben vast niet de enige die hier wat meer klaarheid (hihi) in zou willen, en daarom is het thema van de potluck avonden in januari:

Gelijkwaardige uitwisseling

(zie agenda)

 

15/12/2022 -  De donkerste dagen en het licht

 

Komende woensdag, 21 december, vindt om 22.48 uur de winterzonnewende plaats. Het moment in het jaar waarop (op het noordelijk halfrond) het korter worden van de dagen “wendt” naar het lengen van de dagen.

Na het verspreiden van het zaad in de nazomer en het vallen van het blad in de herfst is dit voor de natuur hét teken voor het begin van een nieuwe periode: de voorbereiding op een nieuwe cyclus van ontkieming en groei. In de periode tot eind maart lijkt er in de natuur weinig te gebeuren, het leven zit verstopt in de donkere grond. Maar ondertussen gebeurt er van alles. De impuls van het toenemende licht zorgt er voor dat gevallen blad composteert tot voedsel voor het nieuwe leven, en er vindt een schifting plaats in de zaden: welke zijn wel en welke niet rijp voor ontkieming? Waar gaat wel/geen energie heen?

Deze cyclus:  voorbereiding > ontkieming > groei > bloei > oogst > verval > decompostering > schifting > focus van energie  zien we niet alleen in de seizoenen, maar in alles in het leven, van groot tot klein: de bewegingen van ons zonnestelsel, de opkomst en ondergang van civilisaties, landen, gemeenschappen, het menselijk leven van conceptie, zwangerschap, geboorte tot dood, iedere gedachte die opkomt en zich al dan niet manifesteert als een plan in uitvoering, periodes zoals “de feestdagen”, elke ademtocht… in-pauze-uit-pauze...

Het is me opgevallen dat ik dit jaar vele, vele nieuwsbrieven en uitnodigingen heb ontvangen voor een midwinterviering. Ik vind het zo fijn dat  meer en meer mensen zich bewust worden van ons natuurlijke ritme, het ritme van de/onze natuur. Hoe meer je méé beweegt met dit ritme, hoe vanzelfsprekender en krachtiger alles flowt. Ik zie óók een groot verlangen naar LICHT. En ja, dat wil ik vieren: het vertrouwen in het leven leven waarin het na het donker steeds weer licht wordt.

Tegelijkertijd wil ik niet voorbij gaan aan de waarde, de noodzaak van donker. Ik las laatst: Eternal sunshine creates a desert. Licht alleen is niet voldoende voor planten om te groeien, dan krijg je van die slappe dunne sprietjes zonder levenskracht. Alles heeft voeding nodig. Mest ontstaat door afbraak van dat wat heeft gegroeid, gebloeid, zaad heeft gezet en tot een einde is gekomen. De vruchtbaarste grond is die waar deze cyclus stap voor stap wordt doorlopen. Het licht schijnt het helderst in het diepste duister.

Deze week zijn de dagen het kortst. De maan wordt kleiner en kleiner (nieuwe maan op 23/12). Het weerbericht voorspelt nog enkele dagen met zon en na het weekend bewolking en neerslag. Donkerder wordt het niet.

Bij uitstek een tijd om terug te kijken en dankbaar te zijn voor dat wat in jouw leven heeft gebloeid en zaad heeft opgeleverd, en voor dat wat tot een einde is gekomen en de bodem vruchtbaar maakt voor het volgende seizoen.

En je kan jezelf nog de vraag stellen: is er iets dat ik nu nog los wil laten opdat het de mest kan vormen voor het nieuwe dat onvermijdelijk komt?

Voor degenen die met mij op 21 december in Zeegse het labyrint zullen lopen, is dit een mooie vraag om mee naar binnen te lopen. Steeds dieper tot in het centrum. En daar in het centrum alles te eren wat tot een einde is gekomen opdat "het nieuwe" levenskracht zal hebben. Het eren is als een innerlijke buiging voor de cyclus van het leven en creëert ruimte en ontvankelijkheid voor "het nieuwe". Dat symboliseren we met het aansteken van een kaars die we vervolgens naar buiten dragen. We ontvangen het licht en dragen het letterlijk en figuurlijk naar buiten als ons innerlijk licht. De oorsprong van ónze levenskracht.

Wil je erbij zijn? 21/12, 16-18 uur. Zeegse. Je kan je nog aanmelden met een Whatsappje naar 0623115625. Je kan ook gebruik maken van dit zogeheten Vingerlabyrint:

 

 

Nov 2022

Het is nog herfst.
De vruchten zijn geoogst,
De bladeren worden losgelaten.
Er waait een wind die voor opschudding zorgt,
En tenslotte vlijt alles zich neer.
De winter zal komen om dat wat eindig is te doen versterven.Ik rust in het vertrouwen
Dat alles wat nodig is er zal zijn
Om zich te ontfermen
Over het nieuwe dat onherroepelijk komt

 

19/6/2022 - IK BEN EEN LICHTJE, BRANDEND IN HET DONKER

LICHT

De dagen worden korter en donkerder, we steken weer kaarsjes aan. En dan denk ik altijd aan het kinderliedje van mijn jeugd:

Jezus zegt dat Hij hier van ons verwacht

dat wij zijn als kaarsjes, brandend in de nacht

en Hij wenst dat ieder tot zijn ere schijnt

jij in jouw klein hoekje en ik in ’t mijn

 

Voor degenen die het niet weten: ik kom o.a. uit zes generaties vrijzinnig protestantse dominees. Ik ben opgevoed met bijbelse verhalen en tegelijkertijd helemaal vrij gelaten in wat en hoe ik geloof. Tsja, en wat en hoe geloof je dan? Wat of wie is God? Wie was Jezus? En de Heilige Geest? En wat is de plek van de vrouw in de kerk en de bijbel ?

Ik kan je er echt geen antwoord op geven. En dat hoeft ook niet, want zoals één van mijn gidsen ooit zei “Ieders meest persoonlijke relatie is zijn/haar relatie met het spirituele.” Oh ja, we kennen dominees, de paus, goeroes en monniken, boeken en perkamenten vol geschreven, You Tube upgeload met GBs aan woorden en beelden, workshops vol beloftes. En uiteindelijk… niemand kan je vertellen of uitleggen wie of wat spiritualiteit is, tot je het zelf ervaart.

Okay, dus ik heb spirituele ervaringen. En dan is mijn menselijke behoefte om die in concepten, in woorden te vangen. Want dat is de manier die wij mensen gebruiken om onze ervaringen te delen, te communiceren. Dus ik lees al die boeken, kijk naar al die filmjes en volg al die workshops etc. In mijn hoofd een enorme verwarring want wie bedoelt nou wat met welk woord?  Hoe kan ík uitdrukking geven aan míjn persoonlijke ervaringen ?

Tot ik een nachtje sliep bij mijn moeder en daar mijn oude kinderbijbels aan trof. Ik nam ze mee naar t boshuisje en begon vooraan te lezen… het scheppingsverhaal. In taal van de jaren 50. Een bijbel die de verhalen niet brengt als een gegeven maar als een aanreiking, een suggestie, een startpunt, nooit een eindpunt. En toen wist ik weer hoe ik heb leren geloven: woorden die mijn geest openen, en op onderzoek uit laten gaan naar mijn relatie met God.

Ook kreeg ik in het dagelijks leven bij mijn opa en oma rituelen aangereikt om mijn persoonlijke relatie met het spirituele vorm te geven. Stil zijn voor het eten, kaarsen aansteken in de kerk, samen tekenen en liedjes zingen.

Eén daarvan was bovenstaand liedje, het beeld van ieder mens als een brandend kaarsje.

En ja, ook een Jezus figuur die iets van mij verwacht.

Hoe diep gaan toch onze kinderlijke ervaringen… ik kan hier en nu wel zeggen dat ik onbewust alles wat ik doe afmeet aan deze verwachting:

te schijnen op mijn manier, op mijn plek, ter ere van het mysterie van het hogere.

Er is veel te zeggen over (kaars)licht: zichtbaarheid, helderheid, warmte, vonkend vuur, aanstekelijkheid, puur wit licht, gekleurd licht, aantrekkingskracht, signaalfunctie, waarschuwing. En ga zo maar door:

één beeld dat ik wil delen is het visioen van Christina von Dreien. Ik heb haar boeken niet gelezen en weet weinig over haar, maar wat ik wel weet is dat het mij enorm raakte dat zij spreekt over het samen brengen van ‘brandende lichtjes’ en het verbinden van cirkels van licht. Hierover verderop meer.

Dit was de uitleg van mijn aanhef van deze nieuwsbrief:

Lief licht,…

En voor de duidelijkheid, naast het christendom, de bijbel, heb ik me in de afgelopen decennia laten inspireren door vele gidsen. Geloofssystemen, wetenschap, doeners en denkers. Weters en vragers.  Zoveel geleerd…en toch blijven de vragen onbeantwoord:

Wie ben ik?

Wat is mijn licht?

Hoe kan ik mijn licht laten schijnen?

Wat is mijn relatie tot het spirituele ?

Een ding weet ik: er is niet één waarheid. Er is slechts mijn waarheid in het hier en nu.

Een van de mooiste yogi-thee kaartjes is voor mij: Truth is a path, not a destination.

 

ONBEZET ZIJN

En dat brengt mij op het thema van de reeks avonden die ik deze maand organiseer. Inmiddels zijn we op 3 (van de 5) avonden bijeengekomen is wisselende groepjes van 3-4 personen. We genieten van elkaars meegebrachte eten in een setting van rituele handelingen. Ik begrijp nu zelf beter dat deze handelingen voortkomen uit mijn (huidige) behoefte om  mijn relatie met het spirituele (letterlijk) vorm te geven. Tegelijkertijd is het uitvoeren van deze handelingen als het zetten van stappen die mij los (onbezet) maken van de fysieke, emotionele en mentale dimensies van het leven.  Recent luisterde ik naar een prachtige podcast van iemand die de liturgische handelingen in een kerk vergeleek met wat we in het systemisch werk noemen ‘het creeëren van het veld’.

Dit maakt mij bewuster van mijn eigen rituelen, en het zal je niet verbazen dat ik gebruik wat ik heb geleerd in mij jeugd: het aansteken van kaarsen, dankbaarheid uit spreken en stil zijn voor het eten. En dat ik die naar plaats en tijd rijkelijk aanvul met vormen die ik in de loop van de decennia heb geleerd: het reinigen van mijzelf en de ruimte, een meditatie om bewust te worden van de zintuigelijke ervaringen van het lichaam, het oproepen van een intentie, het delen van dat wij ons emotioneel beroert en zo voort. Alles wat helpt om de dagelijkse beslommeringen los te laten zodat de relatie met het spirituele voorrang kan krijgen.

Onbezet zijn.

Ja, dat had ik ook niet gedacht toen ik op een warme zomerdag schreef over vakantie, Latijn: vacare=onbezet zijn. Ik had geen idee waar dat over ging en waar het heen zou gaan, en nu, ruim halverwege de maand ben ik zo dankbaar voor alles wat ik heb mogen ervaren en zoooo nieuwsgierig naar wat er nog in het verschiet ligt….(en ook alvast dankbaar voor wat dat zal zijn_/ \_ )

Ieders ervaringen zijn zoals gezegd uitermate persoonlijk, en toch wil ik ietsje delen over wat ik heb ervaren in de afgelopen 3 keer.

De eerste avond deelden we al schrijvend op het tafelkleed ons ‘meest onbezette moment’ van de zomervakantie. Je kan je wel voorstellen dat daarin zon, zee en hangmatten een grote rol speelden. Na het eten gingen we systemisch onderzoeken hoe op dat moment de verhouding was tussen ‘ik nu’ en ‘mijn onbezette ik’ (zoals ervaren in de vakantie) en wat daar in het dagelijkse leven  ‘tussen’ staat. Het was een heerlijke zomeravond en we waren buiten in de tuin van t boshuisje.  Mijn ‘onbezette ik’ lag heerlijk speels in de hangmat te schommelen en naar de wolken in de lucht te kijken. Mijn ‘ik nu’ liep wat onbestemd rond, niet zoekend maar wel ’iets missend’. Wat miste? Mijn ‘HART’ … toen mijn ‘ik nu’ zich verenigde met ‘mijn hart’ kon ik contact maken met mijn ‘onbezette ik’, een speels jong deel van mij, en vervolgens contact maken met ‘mijn volwassen ik’, een fiere vrouw met … een groot hart.

De tweede avond werkten we met klei. Die avond was ik weliswaar de facilitator van plaats en tijd, maar het initiatief voor  ‘het werk’ lag bij een andere aanwezige. Wow, dat bracht mij flink in verwarring en mijn kompas leek op hol geslagen. Het opgeven van mijn rol als facilitator, zou later blijken, is een dingetje.. Uiteindelijk maakte ik van klei iets wat het best beschreven kan worden als een brede, holle buis. Het ging over PUUR zijn, de puurheid slechts kan stromen als die omvat wordt door vaste wanden. Mijn onbezette ik in relatie tot mijn bewuste ik in het hier en nu. Wordt het te vaag? Lees nog even door:

De derde avond was ik onbetwist facilitator en begeleider van de activiteit. Weer werkten we met klei. Startend met een bol plukten we er steeds wat vanaf beginnend met de woorden “Hier en nu ben ik tijdelijk vrij van (de rol van)…” Zo maakten we onszelf -tijdelijk- vrij van o.a. de rol van moeder, dochter, partner, werkende, en vrij van zorgen om de wereld, de maatschappij. Ik liet ook mijn rol als begeleider los…. Het was opvallend hoe makkelijk het was om sommige gehechtheden -tijdelijk- los te laten, en hoe moeilijk andere waren. Uiteindelijk hielden we elk een brokje klei over dat representeerde ‘ons meest onbezette ik op dat moment’. We experimenteerden op verschillende manieren. Dat stukje klei bleek uitermate kwetsbaar.

Als je al je gehechtheden los laat, wat ben je dan nog wel? De grens tussen contact houden ‘met dat wat je bent’ en houvast zoeken bij de buitenwerled (de anderen, de omgeving) bleek flinterdun. We zochten naar een kwaliteit die daar bij kan helpen. Dat ging voor mij over TEDERHEID, in de zin van volledige en toch zachte aandacht. En zo zat ik daar in teder contact met mijn ‘onbezette ik’, mijn hart en puurheid. Wow, het vereiste tegelijkertijd wilskracht en overgave. Ik vond het prachtig pittig. En toen…. switchten we weer naar hier en nu en werd ik weer facilitator en begeleider. Wat een ease, wat een flow stroomde er toen weer in mij. Hoe zeer voelen  wij ons het makkelijkst mét onze rollen….

WAT IK DOE

Dat brengt me dan op een -voorlopig- antwoord op de vraag die ik keer op keer krijg “Wat doe jij ? “

Al jarenlang stuntel ik met het verantwoorden van het ontvangen van een uitkering, de luxe van een tweede (bos)huis, de slachtofferrol van ziek zijn, de schuld van alle gebroken beloftes en niet waargemaakte verwachtingen, de arrogantie van betweter zijn op het gebied van bewustzijn etc etc. Steeds op zoek naar een manier om te verantwoorden dat ook mijn licht schijnt.

Het tweede couplet gaat zo:

Jezus zegt dat Hij ieders kaarsje ziet
of het helder licht geeft of ook bijna niet
Hij ziet uit de Hemel of wij lichtjes zijn
jij in uw klein hoekje en ik in ’t mijn

Zo bang om misschien niet gezien te worden. Immers… Hij ziet uit de hemel OF wij lichtjes zijn…

Hoe diep gaan toch onze kinderlijke conditioneringen….

Luister verder naar het derde couplet, eerste deel:

Jezus zegt ons ook dat ’t zo donker is
overal op aarde zond’ en droefenis

Ja, als ik de hele tijd mij moet verantwoorden dát mijn lichtje schijnt.. en het dus misschien niet schijnt.. dan is er zonde en droefenis…

De taalkundigen onder ons mogen weer spreken, maar volgens mij zit er een incongruentie in het tweede couplet. Immers, als Jezus mij ziet of ik nou helder licht geef of bijna niet, dan is er toch geen vraag óf ik een lichtje ben?

Wat is waarheid? Mijn waarheid in het hier en nu is dat ik mij los wil maken van deze conditionering, de vraag óf ik een lichtje ben.

De bron van de liedtekst is (mij) onbekend. Daarom voel ik niet de behoefte om toestemming te vragen om een woordje te wijzigen:

Hij ziet uit de Hemel DAT wij lichtjes zijn

En als ik dan toch bezig ben met een vrije vertaling, zo onbezet als voor mij mogelijk op dit moment,

Dan beantwoord ik graag de vraag met Wat doe jij? Met het volgende lied:

Ik zeg dat ik hier van mezelf verwacht

dat ik ben een lichtje, brandend in de nacht
en ik wens dat ieder tot zijn/haar ere schijnt
jij in jouw klein hoekje en ik in ’t mijn

ik wens dat ik ieders kaarsje zie
of het helder licht geeft of ook bijna niet
ik zie hier op aarde dat wij lichtjes zijn
jij in jouw klein hoekje en ik in ’t mijn

ik zeg ook dat ’t soms zo donker is
overal op aarde zond’ en droefenis
laten wij in ’t duister held’re lichtjes zijn
samen in een hoekje als  zonneschijn


19/12/2021 - De ware lock-down is mijn angst voor de dood.

 

Brief aan mezelf:

 

Lieve lezer, ik ben als mens geboren. En zal eens sterven. Dat is een natuurlijke wetmatigheid van onze aarde die onoverkomelijk is.

Het leven op aarde biedt zoveel moois om waar te nemen, liefde voor elkaar en zingeving – daar wil ik zo lang mogelijk van genieten.

 

En dat is de paradox: al vanaf mijn eerste ademteug heb ik angst voor de dood. En deze kan mij zo opslokken dat ik vergeet te leven… In feite is elk pijntje, elk verdriet, elke zorg een voorbode van de dood en daarom iets wat ik probeer te vermijden. Daar kan ik zo druk mee zijn dat ik werkelijk vergeet om te leven: de wondere wereld om me heen te beleven, de warmte van mensen om me heen te voelen, inspiratie te ontvangen en mezelf creatief uit te drukken.

 

Zo creëer ik van moment tot moment mijn eigen lock-down. Ik hul me in een coconnetje van schijnveiligheid: huisje, boompje, beestje, mondkapje, afstand, booster, deur dicht, angst.

Wat zou er gebeuren als ik minder tijd zou besteden aan de dood weghouden, en meer aandacht aan genieten van het leven?

 

Deze vraag kan ik mezelf steeds opnieuw stellen, en beantwoorden. Dan zou ik bewuster genieten van de stamppot die ik eet, hoe mijn lichaam mij al fietsend voort beweegt, het kindergelach op straat, en de scherpte van mijn gedachten en de speelse gesprekken met mensen om me heen, een kus van mijn man zou elke keer opnieuw een wonder zijn…. Van moment tot moment zou het leven een heerlijk avontuur zijn.

 

Een avontuur zo kostbaar dat ik er zelf verantwoordelijkheid voor zou willen nemen. Ik zou zorgen dat mijn lichaam gezond bleef met de juiste voeding, beweging en gezonde slaap. Ik zou mijn gevoelens gebruiken als een richtingaanwijzer, zodat ik kan herkennen wanneer ik afgeweken ben van liefde voor het leven, en weer terug kan keren naar alles wat goed is in het hier en nu. Ik zou mijn inspiratie inzetten om creatieve plannen te maken die me een gevoel geven van zingeving. Ik zou mijn verstand gebruiken om leiding te nemen over mijn eigen leven en me vervuld te voelen.

 

Een avontuur zo kostbaar – de verantwoordelijkheid daarvoor zou ik echt niet uit handen willen geven!

 

Toch leef ik niet alleen. Dat zou zelfs onmogelijk zijn. En al lijk ik heel sociaal en zorgzaam, mijn waarheid is: ik zorg voor mijn dierbaren zodat zij voor mij zorgen. Ik leef in harmonie met mijn omgeving zodat mijn omgeving ook voor mij een plek is en blijft waar ik letterlijk en figuurlijk veiligheid, voeding en steun vind. En ik maak deel uit van een samenleving waarin we – om het samenleven in grote groepen mogelijk te maken – afspraken met elkaar hebben gemaakt. Afspraken vreselijk ingewikkeld en complex, om recht te doen aan de enorme diversiteit van wensen en verlangens van alle deelnemende unieke individuen. Vroeger leefde de mens in groepen van maximaal 150 stamleden – dat lijkt me al ingewikkeld genoeg. Wíj leven in een maatschappij van 7 miljard mensen – onderling afhankelijk van elkaar want allemaal afhankelijk van onze planeet aarde.

 

De afspraken die we met elkaar maken gaan over samenLEVEN. We plaatsen stoplichten zodat we niet bij elke kruising met elkaar in onderhandeling hoeven wie voor gaat. We betalen belasting op grond van inkomen zodat we niet elke keer met de collectebus langs hoeven om geld op te halen voor wegen, ziekenzorg en onderwijs. We hebben een regering gekozen zodat we niet elke keer met 17 miljoen of 7 miljard mensen om tafel hoeven om te besluiten hoe samen te leven.

 

En zó zijn we aangeland in een harde lock-down.

Ogenschijnlijk een wereld vol beperkingen die ons worden op gelegd. Maar lieve mens, laten we niet vergeten, dat alles is begonnen met het verlangen om samen-te-LEVEN. Omdat het leven zo de moeite waard is dat ik -nog- niet dood wil. De ware lock-down zijn niet de maatregelen die “we” of “ze” nemen om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. De ware lock-down is onze angst voor de dood.

 

Hoe zou het zijn als ik die angst, in plaats van haar weg te drukken, mee neem het leven in? De wereldwijde lock-down ga zien als een angst van de mensheid om haar bestaansrecht op deze planeet te verliezen? De polariteit in de samenleving ga zien als verschillende aspecten van angst die groepen mensen met diverse achtergronden op ieder een unieke wijze willen oplossen? Als ik de contactbeperking ga beschouwen als de angst om onze dierbaren, die mede voor ons eigen welzijn zorgen, te verliezen en alleen te komen te staan? Als ik mijn mondkapje ga zien in het licht van de angst om met mijn eigen adem, de basis van alle leven, een dodelijk virus in te ademen?

 

Als ik mijn angst voor de dood werkelijk onder ogen durf te komen… dan besef ik dat ik zelf mijn eigen lock-down al lang geleden begonnen ben. En kan ik een her-besluit nemen: om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor mijn LEVEN.

 

Te beginnen met dankbaarheid dat ik deze 2 minuten leestijd heb overleefd. Dat mijn omgeving veilig is. Dat mijn brein kan kiezen voor intellectuele stimulans. Dat ik nu een nieuw opgedaan inzicht om kan zetten in een creatief plan. Dat het volgende moment er één kan zijn van bevrijding uit mijn eigen lock-down. Lief mens, dood ga je toch. Maar dat is geen reden om je nu al op te laten sluiten in de angst daarvoor. Jessica, ga leven! Nu!